Stop met dromen en schrijf dat boek

Wat doe je als je een marathon wil leren lopen?
Juist, je loopt. Je traint. Elke dag als het kan.
En hoe lang moet je het volhouden om elke dag te trainen voor je die marathon kunt uitlopen?
Hmm, toch wel een hele tijd.
En wat als je op je handen wilt leren lopen?
Oefenen, oefenen, oefenen.
En als je een marathon wil lopen op je handen.
Nog veel meer oefenen!
Precies zo gaat het ook met schrijven.
Nu niet dat schrijven even moeilijk is als een marathon op je handen lopen. Dat zou ik niet kunnen zeggen, want ik heb het nooit geprobeerd.
Maar wat ik wel weet is dit: schrijven kun je leren. En, hoe meer je schrijft, hoe beter je erin wordt.
Natuurlijk zijn er nog steeds dagen waarop ik geen zin of inspiratie heb, of waarin een bepaalde scène maar niet op papier wil op de manier dat ik het wil. Maar ik ben wel een veel betere schrijfster dan pakweg tien jaar geleden. Of vijf jaar. Of zelfs drie maanden geleden.
Dat komt omdat ik elke dag schrijf.
Ik ben niet altijd aan een boek of een blog of een verhaal aan het werken, maar schrijven doe ik elke dag. Gewoon, in mijn dagboek.
Alhoewel, zo gewoon is dat niet. Want het is leuk. En het is belangrijk. En je hebt er niks voor nodig, zelfs geen tijd. Nee, echt. Hoe vaak grijp je niet naar je telefoon om wachttijd te doden?
Vanaf nu ga je dus in plaats van je telefoon je schriftje pakken dat je altijd bij de hand hebt, en je schrijft. Het maakt niet uit WAT. Al schrijf je de grootste onzin. Great! Ga door en schrijf.
Ik ‘train’ elke dag. Want dat is wat vrijuit is: je traint jezelf in het schrijven.
Wat is vrijuit schrijven of free writing?
Bij vrijuit schrijven schrijf je gedurende een vooraf bepaalde tijd zonder je te bekommeren om inhoud, stijl, grammatica of kwaliteit. Soms werk je rond een bepaalde opdracht of thema, soms schrijf je helemaal vrij.
De voordelen van regelmatig vrijuit schrijven zijn overvloedig:
je schrijfspier wordt helemaal warm, je komt op dreef & je creativiteit gaat ervan stromen
Je oefent jezelf in het produceren van tekst, de eerste fase van het schrijfproces (*)
Je bouwt zelfvertrouwen op als schrijver
Je kunt er gedachten en ideeën mee verzamelen rond een bepaald thema, meer bepaald je eerste gedachten. Natalie Goldberg noemt dit ‘de rauwe kant van je gedachten onderzoeken’.
‘Eerste gedachten hebben een geweldige energie.Het is de eerste reactie van de geest op iets. Meestal legt onze innerlijke censor ze het zwijgen op, waardoor wij in het rijk der tweede en derde gedachte leven, gedachten over gedachten die twee of drie keer zo ver verwijderd zijn van het eerste, heldere inzicht.’
N.G.
Je overkomt blokkades omdat je de innerlijke censor (tijdelijk) het zwijgen oplegt
Je leert controle loslaten tijdens het schrijven, zodat het verhaal door je heen kan stromen
Je eigen stijl kan zich ontwikkelen
Je leert jezelf veel beter kennen
Je wordt er blij van
Het is niet voor niets dat zoveel schrijfcoaches vormen van vrijuit schrijven promoten.
Er zijn verschillende manieren, maar het komt altijd hierop neer:
Je neemt je voor een bepaalde tijd te gaan schrijven. Vijf minuten of een half uur, dat maakt niet uit. Het is wel belangrijk dat je er in die tijd helemaal voor gaat.
Je schrijft de totale geplande tijd door, zonder stoppen. Met de hand. Je blijft je hand bewegen.
Je hebt dus geen tijd om te lezen wat je hebt geschreven, spelfouten te verbeteren, na te denken over wat je schrijft. Je schrijft gewoon neer WAT ER OOK IN JE OPKOMT.
Het hoeft dus nergens op te slaan, er hoeft geen logica of verhaal in te zitten,
Stuur je redacteur op vakantie
Wat mij altijd helpt als ik een writer’s block ervaar, is het schrijfproces op te delen in twee fases (*), die gedaan worden door twee verschillende personages: eerst komt de creatieve schrijver aan bod, de schepper die iets maakt uit het niets, en dan pas de redacteur, die na de eerste creatiefase gaat kijken wat er beter kan, wat weg kan en die de schrijffouten er gaat uithalen.
Natalie Goldberg scheert de eindredacteur en de innerlijke criticus over één kam in haar boek, maar volgens mij zijn het twee verschillende stemmen of subpersonen in jou. De redacteur heeft zijn plaats in het schrijfproces, terwijl de innerlijke criticus er eigenlijk helemaal niet thuishoort. De innerlijke criticus komt wel vaak ongevraagd opdagen, dus er zit niets anders op dan ermee om te gaan. In de opleiding ‘Zo word je schrijfster van kinder- en jeugdboeken’ vertel ik daar veel meer over, en ik geef je er ook manieren om ermee om te gaan.
De redacteur is dus wel welkom bij het schrijfproces. Maar niet in deze eerste fase: hij of zij blijft nog even in de kast. Stuur je redacteur een tijdje op vakantie. Zeg dat hij later mag terugkomen en zijn zegje mag doen. Maar nu even niet.
Ik gebruik deze manier van schrijven ALTIJD om een eerste versie te schrijven van wat dan ook: een scène voor een boek, een blogpost, een e-mail of een brief. Ik stuur altijd mijn redacteur even wandelen, en nodig hem dan later uit om samen met mij te kijken wat er bruikbaar is en wat kan verbeterd of aangepast worden. Werkt super!
Een opdracht
Een goede manier om te beginnen vrijuit schrijven is starten met een halve zin. Die halve zin gebruik je dan als aanknopingspunt om verder te schrijven. Je hoeft er niet bij te blijven, je mag alle kanten opdrijven met het schrijven, maar je kunt de halve zin als ankerpunt gebruiken. Elke keer dat je vastloopt, schrijf je opnieuw die halve zin op en je bent weer vertrokken.
Een halve zin die je vandaag eens kunt proberen:
Als ik helemaal vrij zou zijn, dan…
Ik wens je er veel plezier mee!
Agatha
Alles over de complete schrijfopleiding 'Zo word je schrijfster van kinder- en jeugdboeken' lees je hier. Tot 10 september kun je inschrijven met vroegboekkorting!